Opalen | NL
Het typisch van opaal is het “opaliseren”, de Angelsaksen noemen dit ”play of color”. Men kan dit niet beter zeggen. Het is een regenboog van kleurige schitteringen die telkens veranderd naargelang van waar men de steen beziet. Oscar Wilde zij over opaal: “The broken rainbow of the milky opal”.
Opaal werd ontdekt in Ethiopië in 1993, dicht bij de bron van de Blauwe Nijl. Opaal uit Astrakan (Rusland), heeft gekleurde lagen, zones, deze opaal worden meer voor intaglio (camee) gebruikt.
In 2008 werd opaal vindplaatsen gevonden in de provincie Wollo in het noorden van Ethiopië. Tegenwoordig is opaal goed voor 95% van de export van edelstenen van het land. Van vulkanische oorsprong, Ethiopische opalen zijn er, in zowel kostbare als gewone soorten. Velen zijn wit tot lichtgeel of doorschijnend met een regenboog van kleuren, maar ze komen ook in zwart voor met alle mogelijke tinten. Ethiopische opalen zijn wel meer poreus en absorberen meer water als de Australische opaal. Hoewel de meeste opalen in hun natuurlijke staat worden verkocht, kunnen sommige opalen worden behandeld of getint. Bij rookbehandeling dringen fijne deeltjes zwarte roet de poriën van de edelsteen binnen, waardoor het lichaam donkerder wordt, wat meer contrasteert met het kleurenspel van het opaal. Door opaal te bewaren op een vochtige watje in een doosje zal deze langer zijn mooie kleuren behouden en zullen er geen barstjes in komen. Opaal is wel een delicate steen, zijn hardheid is slechts 5,5 à 6,5, deze moet voorzichtig gezet worden. Het is ook geen zware steen, zijn soortelijk gewicht is 1,98 tot 2,2.
Er zijn glasimitaties van vuuropaal. Er worden ook veel doubletten (een laag opaal met daarboven een “koepel” in kwarts), of tripletten (een fijn laagje opaal tussen twee laagjes kwarts), verkocht. Van bijzonder belang zijn de in elkaar grijpende patronen die worden aangeduid als honingraat, hagedissenhuid of slangenleer te zien bij zeer grote vergroting onder de microscoop.
De verbluffende verscheidenheid aan kleuren en levendige flitspatronen in Ethiopische opalen overtreft heden soms die van Australische opalen. Niet tegenstaande worden Ethiopische opalen in Bangkok in de groothandel goedkoper verkocht dan de Australische opalen, bij gelijke grootte en kwaliteit.
Vóór de komst van Ethiopische opalen was Australië goed voor meer dan 90% van de wereldvoorraad. De belangrijkste soorten van het continent zijn zwarte opaal van Lightning Ridge; boulder opaal voornamelijk uit Quilpie, Yowah en Winton in Queensland; en kristal en witte opaal, voornamelijk uit Coober Pedy, Andamooka en Mintabie in Zuid-Australië.
Australische verkoop van zwart en boulder (soms met moedergesteente) opaal zijn steeds voor de haute “joaillerie”, witte opaal is meer voor de goedkopere juwelen." Toch heeft elke Australische variëteit zijn eigen kenmerken en zijn eigen bewonderaars, met prijzen die aanzienlijk variëren. Zwart wordt vaak als het kostbaarst beschouwd.
Slijpen
Cabochon: Vlak van onder en een koepelvormige bovenkant. Het slijpen van een kostbaar opaal is een delicate kunst, want opaal is geen homogene materie. Men moet eerst bepalen welke gedeelte men wenst uit de ruwe massa wenst te nemen. De locatie van het interne deel moet eerst worden bepaald. Dit deel is vaak beperkt en soms erg dun. De kunst van de slijper, is om de beste plaatsen te bewaren waar er kleurspeling is en dit over het gehele van de cabochon.
Het onderzoek is op zich een delicate operatie. Men dompelt eerst de steen in zuiver water om hem nadien onder sterk licht te onderzoeken.
|