TOERMALIJN | NL
Alhoewel toermalijn reeds gekend was in het Middel¬landse Zeegebied bij het begin van onze tijdrekening, is het pas in de 18de eeuw dat de Hollan¬ders het meebrachten uit Cey-lon waar men het “Turamali" noemde in het Singalees.
Wanneer men toermalijn opwrijft met een doekje dan wordt hij elektrisch geladen en trekt hij stof aan. Dit kan ook gebeuren door de steen te verhitten op 100°C, dan wordt het ene uiteinde positief geladen, het andere uiteinde negatief.
De productiecentra, buiten deze van Sri Lanka, zijn de regio’s van Minas Gerais en Bahia in Brazi¬lië, Zimbabwe (Rhodesië), Birma (Myanmar), Angola, Thailand en Zambia. In Europa kan men toermalijn voor verza¬melaars vinden in de Tessin in Zwitserland en in de streek van de Elbe.
De hardheid van toermalijn ligt tussen 7 en 7,5 (zoals ijzer) en heeft een soortelijk gewicht van 3,02 – 3,26. Het is een aluminium-boro-silicaat met verschillende wisselende samenstellingen. Toermalijn heeft een brekingsindex van 1,616 – 1,652 en een zwakke fluorescentie.
Men slijpt de steen in ovaal, peer, hart, markies, smaragd vorm op gediamanteerde schijven van verschillende korrels en het polijsten wordt gedaan op tin/lood of leder schijven met aluminiumoxide poeder. De toermalijnen die verschillende reflecties en kleurschateringen hebben, worden dan in cabochon geslepen, deze worden dan “katoog” genoemd en zijn zeer geprezen door verzamelaars en juwelenontwerpers.
Van de grotere kristallen, van minder goede kwaliteiten, dus ondoorzichtig of met te veel insluitsels, worden beeldjes gemaakt. Meestal vogels uitgesneden uit verschillende kleuren van toermalijn. Van de kleinere stukken worden dan pareltjes gemaakt voor halssnoeren.
Toermalijn wordt ook zoals andere edelstenen geconfronteerd met namaak en synthetische stenen. Namaak zijn meestal fluoriet, lichte amethist of lichte saffier. Soms ook groene beryl, apatiet of blauwe topaas en groene kwarts. De synthetische rutiel, spinel en korund in verschillende kleuren worden ook gebruikt om Toermalijn na te bootsen. Er worden ook valse benamingen gegeven zoals “Saffier van Brazilië” of “Siberische Robijn”.
Doubletten en tripletten worden ook als toermalijn imitaties gebruikt: het bovenstuk (de kroon) in toermalijn en het onderstuk (het collet) in kwarts, ofwel boven en onder in kwarts en met in het midden een plaatje in toermalijn.
|